Louis Ezendam | 6 april 2019 |
Wie door problemen bij het CBR te lang heeft moeten wachten op het rijbewijs, kan de kosten voor een spoedprocedure declareren bij het CBR. Dat heeft minister Cora van Nieuwenhuizen van Infrastructuur en Waterstaat dinsdag gemeld. Gemeenten rekenen circa 35 euro voor een spoedprocedure bij het aanvragen van het rijbewijs. Er zijn wel enkele voorwaarden gesteld aan deze regeling. Wie hiervoor in aanmerking komt, wordt geïnformeerd door het CBR.
Het CBR kampt nog altijd met de lange doorlooptijden bij de medische beoordelingen. De minister heeft samen met het CBR en RDW gezocht naar een oplossing om het rijbewijs sneller te krijgen. Er zijn meerdere opties onderzocht. Een ervan is het terugvragen van de extra kosten van de spoedprocedure. Deze maatregel is praktisch haalbaar en per direct in te voeren, laat Van Nieuwenhuizen weten.
Wie hiervoor in aanmerking wil komen, moet aantonen dat hij op tijd is begonnen met de aanvraag. Dat wil zeggen dat hij minstens 90 dagen voor de verloopdatum van het rijbewijs een gezondheidsverklaring heeft ingediend bij het CBR en dat de betrokkene ‘voldoende proactief heeft meegewerkt aan eventueel benodigde vervolgstappen, zoals het ondergaan van aanvullend medisch onderzoek of een rijtest.’
Er wordt nog een voorwaarde gesteld: het rijbewijs is verlopen of verloopt uiterlijk zeven dagen na de dagtekening van de CBR-brief met de Verklaring van Geschiktheid-melding. Deze voorwaarde is gesteld omdat er anders voldoende tijd is voor een reguliere aanvraagprocedure bij de gemeente.
De extra kosten van de spoedprocedure kunnen achteraf met betaalbewijs van de gemeente bij het CBR worden gedeclareerd. Alle betrokkenen die in aanmerking komen, zullen daar door het CBR op worden gewezen. “Ik beschouw deze tijdelijke eenmalige tegemoetkoming als passend in het licht van het grote ongemak dat burgers door de uitvoeringsproblemen bij het CBR ervaren en het best passend bij de uitgangspunten zoals ik met uw Kamer heb besproken”, aldus de minister in een brief aan de Tweede Kamer.
Verder blijft het CBR prioritair sturen op de verloopdatum van het rijbewijs. Dit houdt in dat de aanvragen van rijbewijzen, mits op tijd begonnen en waarvan de geldigheid op korte termijn zal verstrijken, als eerste worden behandeld.
De Tweede Kamer wilde weten of het mogelijk is om mensen te laten rijden met een verlopen rijbewijs, als de Verklaring van Geschiktheid al wel is geregistreerd in het rijbewijsregister. De minister heeft deze gedoogconstructie besproken met onder meer het ministerie van Justitie en Veiligheid. Dit plan bleek niet haalbaar. “Een coulanceregeling maakt de handhaving complex en kan leiden tot problemen in de uitvoering. Bovendien zijn er twijfels over de juridische houdbaarheid van het voorstel. Ten slotte is de signaalwerking die uitgaat van het gedogen, namelijk dat mensen met een ongeldig rijbewijs mogen rondrijden, onwenselijk vanuit het oogpunt van verkeersveiligheid.”
Terug naar overzicht